Levend Woord

4 januari w Bijbellezen Lezen Lezen: Deuteronomium 17:14-20 De Heere spreekt door Zijn knecht Mozes tot het volk Israël. Het volk zwerft nog in de woestijn. Toch laat de Heere al weten wat gebeuren zal in het land Kanaän. Het volk wil in het land Kanaän een koning hebben. De Heere zegt wat die koning doen moet. Hij moet de heilige wet laten afschrijven. Wat is dat? Afschrijven? In de tijd van de Bijbel worden er geen boeken gedrukt, zoals bij ons. Nee, de wet moest worden overgeschreven, en nog eens worden overgeschreven. Telkens weer. Afschrijven betekent dus overschrijven. Wat moet de koning nog meer doen? Lezen. Telkens lezen. ‘En hij zal daarin lezen al de dagen zijns levens’, staat in vers 19. Elke dag moet hij lezen in de wet van de Heere. Waarom? ‘Opdat hij den Heere zijn God lere vrezen.’ Hij moet de Heere leren dienen. Hij moet de geboden van de Heere gehoorzamen. Het dienen van de Heere kan niet zonder het lezen in Zijn Woord. Hoe dien je de Heere? Doen wat de Heere zegt. Hem liefhebben, niet vloeken, je ouders liefhebben, niet stelen. Lees je ook in het Woord van de Heere? Elke dag? Dat moest de koning doen. Dat moeten alle mensen doen. Zonder het lezen van het Woord van de Heere kun je de Heere niet dienen. Tien Geboden des Heeren:9 Bidden: Vraag of de Heere verlangen geeft om Zijn Woord te lezen en daarnaar te luisteren.