De Heilige Oorlog

14 hij niet vlug meer kon lezen, en dat zij hem moest helpen om het verzuimde weer in te halen. Zeer ingenomen met haar liefde tot hem en haar voorkomende vriendelijkheid, luisterde hij gaarne naar haar gesprekken en las met haar die mooie boeken. Terwijl zij zo samen lazen, legde zij alles nader uit, en deed al haar best hem te bewegen om toch een godsdienstig leven te leiden. Het tehuis van haar jeugd was zo gelukkig geweest, hoe aangenaam zou het zijn als ook haar echtelijke woning een even gelukkig tehuis worden mocht! Daarvoor was alle gelegenheid; wanneer haar man slechts haar vader na wilde volgen, dan zou hun woning, hoe armoedig, ook weldra een huis Gods, een poort des hemels wezen. Tot op zekere hoogte won deze vrouwelijke, vindingrijke liefde het. Hij deed ijverig mee in de huisgodsdienst en ging ook meestal tweemaal daags naar de kerk. Zoveel liefde droeg hij de bedienaars van het Evangelie toe, dat hij zich wel aan hun voeten had kunnen neerleggen en hen over zich heen laten lopen. Hun naam, hun gewaad, hun dienst bracht hem in verrukking. De zondag te Elstow was een vreemdsoortige afwisseling van ernst en vrolijkheid. Er werd tweemaal dienst gedaan in de kerk, waarbij deze vol volk liep en het gebedenboek niet ongebruikt bleef; maar was de kerk uit, dan begonnen er allerlei pretjes, dansen, kermisvermakelijkheden, en wat niet al! Met beide, de godsdienstoefeningen en de vermakelijkheden, waartoe de gemeente van Elstow door dezelfde klok werd opgeroepen, deed Bunyan mee. Hij was een flinke vent bij het klokkenluiden en te allen tijde gereed het touw met forse hand te trekken, wanneer er iets af te kondigen viel, of alle bewoners van de omtrek moesten worden samengeroepen. Op zekere zondag, nadat hij de gemeente in de kerk geluid had, nam hij zijn gewone plaats in naast zijn vrouw, deed mee in het gezang en wachtte de prediking af. De prediker was een verstandig en ernstig man en zette duidelijk uiteen het zondige van het sabbatschenden. Die preek deed kracht. Bunyan was getroffen. Het was nu voortaan uit met de overtreding van het vierde gebod voorzover het John Bunyan betrof. Hij wilde het voortaan met zijn ganse hart opvolgen. Laat zijn vrouw ervan verzekerd wezen, dat zijn hart nu eens en voorgoed getroffen is! De indruk was voorbijgaande. Vóór hij goed en wel gegeten had, was de preek uit zijn gedachten, was hij alweer gereed naar de oude vermakelijkheden te gaan en daarvan ten volle te genieten. Zo gezegd, zo gedaan. Diezelfde namiddag was hij op de dorpsweide en hield zich bezig met uit alle macht de kat uit de ton te knuppelen. Eensklaps hoorde hij een stem uit de hemel. Een ogenblik stond hij weifelend daar, toen wierp hij zijn knuppel weg en eindigde het spel. Hij stond H ET LEVEN VAN J OHN B UNYAN

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==