De Bron van zaligheid

17 Nu ik deze dingen vooropgesteld heb, is het mijn verlangen u de oproep van de Zaligmaker door middel van drie beweegredenen op het hart te binden. De eerste beweegreden. De oproep van de Zaligmaker moet u gehoorzamen vanwege de rijke belofte die ermee verbonden is: Keert u tot Mijn bestraffing; zie, Ik zal Mijn Geest ulieden overvloediglijk uitstorten . Vaak wordt in de Bijbel met nadruk aan zondaars gevraagd, om te keren en in Jezus te geloven, ter wille van de vrede en de vergeving die er in het geloven te vinden zijn. De beweegreden hier is echter zeldzamer, en spoort misschien nog meer aan. Hier wordt u dringend verzocht om te keren en te geloven, opdat u tot een nieuw schepsel gemaakt zult worden: Keert u tot Mijn bestraffing; zie, Ik zal Mijn Geest ulieden overvloediglijk uitstorten. Denk er eens over na hoe wezenlijk zo’n verandering is voor uwwelzijn: Tenzij dat iemand wederom geboren wordt, hij kan het Koninkrijk Gods niet zien. Zonder heiligmaking zal niemand de Heere zien. Om te wonen in de nieuwe hemelen en op de nieuwe aarde moeten we nieuwe schepselen gemaakt worden. Er zal in de hemel een heerlijk schouwtoneel zijn, als de paarlen poorten van het Nieuwe Jeruzalem verschijnen - maar een blinde kan dat niet genieten. Er zal in de hemel een heerlijke muziek zijn, van de gouden harpen van de engelen en de verlosten,maar iemand die geen oor heeft voor muziek, kan die niet genieten. Net zo is het met de vlekkeloze heiligheid in de hemel: dat zal nu juist de atmosfeer zijn van de hemel. Hoe kan dan een onheilige ziel die genieten? Verwonder u niet dat Ik u gezegd heb: Gijlieden moet wederom geboren worden. Als dit evenwel een wezenlijke verandering is, bedenk dan hoe onmogelijk die is voor een mens. Doorzoek elke school en elk stelsel van de wijsbegeerte, doorzoek elk opvoedingsplan, zoek van het ene einde van de aarde tot het andere - waar zult u een kracht vinden omu heilig temaken? De afgrond zegt: Zij is inmij niet; en de zee zegt: Zij is niet bij mij. Zij kan niet verkregenworden voor goud, nochmet zilver kan haar prijs worden opgewogen. Koraal of parels zullen niet worden genoemd; want de prijs van de wijsheid gaat robijnen te boven ( Job 28:14, 15, 17, 18, Eng. vert.). Iemand kan misschien zijn zonden veranderen, maar ach, wat kan die mens ver- anderen aan zijn hart? De reden waarom dit bij een mens volstrekt onmogelijk is, is dat hij niet alleen verzot is op de dingen van de zonde, maar ook op zijn zondige hart. Hij is niet alleen slecht, maar hij bemint de slechtigheid ook. Hij is niet alleen een spotter, maar hij heeft ook vreugde in het spotten. Hij is niet alleen een dwaas, maar hij haat nu juist ook de kennis die hem wijs zal maken tot zaligheid. Wie van u gevoelt dan niet de kracht van de tederheid van de Zaligmaker in het aanbod dat Hij vandaag doet aan degene onder u allen die geheel en al zorgeloos is en helemaal

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==