Weldadigheden van een Verbondsgod

17 vatten in mijn gemoed. Onder deze omstandigheden ging ik naar Abingdon, mijn gemis voelend en daarom met meer vrees dan hoop om een dienstknecht van God te beluisteren, die zo uitne- mend met genade bedeeld was. Ik verwachtte eerder een afwijzing dan een toeknik, beide vanaf de preekstoel en in het gezelschap. Naderhand kwam ik te weten dat de geachte man, gehoord heb- bende dat ik iemand was van een grote geleerdheid, bijna even bang was om de Oxfordstudent te ontmoeten, als de Oxfordstudent bang was om hem te ontmoeten. Maar hoeveel meer reden had ik om bevreesd te zijn dan hij, en hoe veel meer ook blonken zijn genadegaven uit tegenover mijn geleerdheid! Hij ontving mij echter zeer vriendelijk en sprak aangenaam en zakelijk van de dingen van Gods Koninkrijk. ’s Avonds hoorde ik hem met veel troost voor mijn ziel en de volgende morgen na het ontbijt verzocht hij mij te sluiten met dankzegging. Ik voldeed hieraan met een bevend hart, maar werd geholpen in eenvoudigheid uit te drukken wat ik kende en gevoelde.Daarna gingen wij beiden in de wagen naar Dorchester, een afstand van ongeveer zeven mijl, welke tijd wij hoofdzakelijk besteedden door met elkaar te spreken; en daar namen wij zeer hartelijk afscheid. Ik beoog niet van mijzelf te spreken, maar naderhand hoorde ik dat mijn stamelend spreken mij een blijvende plaats gegeven had in des mans hart en dat het een grondslag gelegd had voor die vriend- schap en vereniging, die sindsdien tussen ons ongeschonden be- staan heeft. In maart van het jaar 1835 was ik uit de drang van mijn consciëntie genoodzaakt, mij van de kerk van Engeland af te scheiden, en door een bijzondere voorzienigheid geleid, hetwelk ook een kennelijk antwoord was op het gebed van een vriend, om mijnentwil, voor een korte tijd mijn tent op te slaan te Allington, nabij Devizes in Wiltshire. Daar werd ik in september daaropvolgend, door domi- nee Warburton gedoopt. Nooit zal ik de krachtige preek vergeten die hij die morgen deed. Spoedig daarna ging ik naar Trowbridge, om voor hem te preken en daar vond ik een begenadigd volk, waarvan de meesten zijn geeste- lijke kinderen waren. Verscheidene keren preekte hij voor mij te Stamford en Oakham, nadat de Heere mij daar geplaatst had; en daar zijn er nog die getuigenis kunnen afleggen van de kracht en zalving waarmee hij sprak.

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==