9789033131103

boodschappen.’ ‘Je hebt gelijk.’ Tara kijkt naar de achterbank, waar alle- maal gekleurde kussens liggen. ‘Het ziet er wel gezellig uit.’ ‘Datwel,maar...’ Zekijktachterom. ZowyenSjoukjekomen met wilde armgebaren de school uit rennen. ‘Onze... ziek.’ ‘Wat zeg je?’ Tara kijkt vragend naar Zowy en Sjoukje. ‘Wie is er ziek?’ ‘Onze juf.’ ‘Dat meen je niet.’ Joep krijgt een bang voorgevoel. ‘Wie zegt dat?’ ‘Wij hebben klassendienst en wilden vragen of we iets uitmoestendelen,maarwezagende juf niet.Wedachten dat ze koffie aan het drinken was met de andere juffen en meesters, maar in het kamertje was ze ook niet. Toen kwammeesterBenjaminendieverteldedatde juf ziek is.’ ‘En wie krijgen we nu? Toch niet die...’ Joep wijst naar de felroze Volkswagen. ‘Ik ben bang van wel.’ Sjoukje knikt. ‘In onze klas staat een juf met een rok waar alle kleuren van de regenboog in zitten.’ ‘En een T-shirt met een cactus?’ vraagt Joep voor de zekerheid. Zowy knikt. ‘Wil je een hug?’ ‘Wat?’ Joep kijkt geschrokken naar Zowy. ‘Of ik een knuf- fel wil? Nee, natuurlijk niet.’ Zowy schiet in de lach. ‘Ik bedoel dat die tekst op het shirt onder de cactus staat.’ ‘Oké.’ Joep haalt opgelucht adem. ‘We hebben dus een invaljuf dieeruitziet alseenvogelverschrikker.’ Hijwrijft 11