9789033131103

erin. Op de rok draagt ze een wit T-shirt met een print van een enorme groene cactus in een oranje potje. In zwarte hoofdletters staat eronder: ‘Wil je een hug?’ Ze draagt felroze gympen, met veters in allerlei kleuren. Alsof het allemaal nog niet genoeg is, pakt ze uit de auto een strooien hoedje en zet dat op. Even kijkt ze op haar telefoon, dan pakt ze een gitaar, een boodschappentas en een fototoestel uit de auto. Het fototoestel hangt ze om haar nek en met de gitaar in de ene hand en de tas in de andere hand, loopt ze naar de ingang van het plein. ‘Ze moet hier zijn.’ Tara staat nog altijd op de bank en schudt ongelovig haar hoofd. ‘Het is toch geen juf?’ ‘Hoeoudzouzezijn?’ vraagtNickzichhardopaf. ‘Twintig?’ ‘Zoiets.’ Tara volgt de wonderlijke verschijning. ‘Ze gaat echt de school in.’ Dan springt ze van de bank. ‘Eén ding weet ikzeker: het iseenkleurenblindevogelverschrikker.’ Joep schiet in de lach. ‘Ik vind het wel dapper dat ze zo over straat durft.’ Hij springt ook van de bank. ‘Ik wil die auto wel eens van dichtbij zien.’ ‘Goed plan,’ vindt Nick. Evenlaterstaatereengroepvanminstens tienleerlingen uit groep 7 rond de felroze Volkswagen. ‘Geweldig!’ Tara duwt haar neus plat tegen de achter- ruit van de auto. ‘Moet je al die poppetjes en beestjes zien.’ Ze wijst naar het dashboard. ‘Zou ze die hebben vastgelijmd?’ ‘Natuurlijk, anders blijven ze zo niet zitten.’ Nick komt naast Tara staan. ‘Volgens mij zijn het allemaal spul- len die bij acties van een supermarkt horen. Kijk, die pluchen poppetjes kreeg je vorig jaar bij tien euro aan 10

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==