9789033130595

14 het huis moest liggen?’ ‘Klopt,’ reageert zijn collega. Nogmaals schijnt Sander over de vloer. Alleenmaar kale grijze tegels. ‘Misschien is hij de woning weer in gegaan.’ Voorzichtig loopt Sander verder. Zo lang in deze rook liggen is niet goed. Zeker niet als er ook een gaslucht hangt. Met kleine stapjes loopt hij de gang door. Links is een deur. Snel trekt hij hem open, klaar om de vlammen te zien. Maar ook hier geen vuur.Met de zaklamp schijnt hij rond. Eenbadkamer. Ook hier ligt het slachtoffer niet. De rook is wel een stuk minder. Snel drukt hij de deur dicht en loopt verder. Dan stuit hij op de deur naar de woonkamer. Tonniedoet eenstapnaar voren, zodat hijmeteendevlammen achter de deur kan doven als dat nodig is. Met kracht gooit Sander de deur open. Zijnmond zakt open van verbazing. Hier hangt amper rook en er is ook geen vuur te zien. Tonnie draait zich om en haalt zijn schouders op. ‘Hoe kan dat nou?’ Sander doet een paar stappen terug en grijpt zijn portofoon. ‘Erwin, jij zei toch dat het slachtoffer in de hal ligt? We staan hier in de woning, maar in de kamer is geen rookmeer te zien.’ Gespannenwacht hij af. Lang hoeven ze niet te wachten. ‘Dan ben je indeverkeerde.Het is inmiddelsal eenuitslaandebrand geworden. De vlammen zijn op straat te zien. Het is de eerste woning aan de rechterkant.’ Sander schudt verwoed zijn hoofd. Logisch dat ze niemand hebben gevonden. Ze zijn zojuist linksaf gegaan. Hij loopt met grote stappen het huis uit. Hier is de rook veel dikker. In gedachten maakt hij een plaatje van de hal. Dan moet het de

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==