9789033130519

13 Het is trouwens ook al lang niet meer alleen bier wat hij drinkt. ’s Avonds gaat er vaak een fles wijn open. Moeder waarschuwt hem voortdurend, maar vaders gedrag gaat er niet op vooruit. Laatst was hij in woede uitgebarsten. Brit wordt er moedeloos van. Als vader zo doorgaat, wordt hij nog een keer opgenomen in een kliniek. Er is nog maar één oplossing... hij moet hulp zoeken. Door al het gepieker let Brit niet meer goed op de weg. Een chauffeur drukt op de claxon en rijdt met een wijde boog om haar heen. Razendsnel trekt ze aan haar stuur. Oeps... dit ging bijna verkeerd. ‘Wat doe jij nou?’ roept Matthijs die haar inhaalt. ‘Niks joh, ik zat gewoon te suffen,’ glimlacht Brit snel. Ze wil hem er niet mee lastig vallen. ‘Je moet wel uitkijken!’ ‘Doe ik, beloofd.’ Brit vindt het prettig om samen naar huis te rijden. In de verte staat vader bij de auto. Hij zwaait even en loopt dan met een zware boodschappentas naar binnen.Waar- om heeft hij opeens zo’n haast? vraagt Brit zich af. Mag ze soms niet weten wat hij gekocht heeft? Maar tijd om te pieke- ren krijgt ze niet. Vlak bij huis remt Matthijs af en pakt haar schouder. ‘Heb je even een momentje?’ Brit merkt dat er iets is en stapt ook af. ‘Kom maar op.’ ‘Ik kan er thuis niet mee aankomen,’ begint hij. ‘Oké, zeg het maar.’ ‘Gisteren riep mijn mentor me.’ Matthijs stopt even. ‘Mijn cijfers zijn niet best. Als het zo doorgaat, blijf ik zitten.’ ‘Dat meen je niet,’ zegt Brit verschrikt. ‘Je zit al in havo-4.’ ‘Denk je dat ik het leuk vind?’ reageert hij heftig. ‘Nee, maar je kán het! Houd het nog even vol.’ Moedeloos staart Matthijs voor zich uit. ‘Het gaat gewoon niet meer...’ ‘Vind je het moeilijker worden?’