9789033130397

11 Ten geleide We maken in dit boek kennis met tien kinderen des Heeren. Tien mannen, bedeeld met de tere vreze Gods en geoefend in het leven der genade, de een meer, de ander minder. Maar alle tien mochten uit soevereine genade behoren tot de wolk der getuigen, die wij rondom ons hebben liggende. Of het nu een predikant, een ouderling of een eenvoudige gezelschapsman betrof – zij gaven anderen onderwijs vanuit de doorleefde prak- tijk der godzaligheid. Bij het beschrijven van het doorbrekend genadewerk in zon- daarsharten en de oefeningen des geloofs moeten we meestal wat dieper in het verleden terug.De praktijk leert dat Sion dun is geworden. Dat is de ene kant.Aan de andere kant is het dezelfde God Die Zijn volk bekeert zoals Hij dat altijd heeft gedaan, en nóg doet.Dan is dit boek niet normatief voor Gods genadewerk, want daarin is de Heere zo vrij. Wel moge onder het lezen een heimwee ontstaan naar ‘de genade des ouden tijds’. De doelstelling was om in de levensschetsen vooral het werk des Heeren door te geven. De schetsen werden door ons reeds in boeken of periodieken verhaald en zijn voor deze uitgave opnieuw bewerkt. Moge ze de lezer met jaloersheid vervullen bij het lezen van de onderscheidene levenservaringen, met alle uitreddingen, zowel in geestelijk als inmaatschappelijk opzicht. De Heere verwekke onder het lezen van dit boek ook de bede: ‘Zo doe Hij ook aan mij.’ Gouda, april 2020 J. Mastenbroek

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==