9789033130045

- 21 - de pret. Wat zal iedereen schrikken als die dominee straks in de sloot kiept! Net goed. Moeten ze maar gewoon in de kerk blijven. Hun eigen dominee preekt toch ook best? Nee, ze zullen die fijnen eens een lesje leren. Dan horen ze een andere stem. De jon- gens veren op. Dat moet de dominee zijn! ‘Geliefden, we gaan nu eerst zingen uit Psalm 3, het eerste vers.’ Wat klinkt dat indrukwekkend, als die duizenden mensen gaan zingen ... Hoe vrees’lijk groeit, o God, Het saamgezworen rot Dergenen, die mij drukken ... Onder de kar kijken twee van de drie vrienden elkaar geschrokken aan. Wat? ‘Het saamgezworen rot dergenen die mij drukken’? Opeens voelen ze het in hun hart ... Dat zijn zij! Zíj zijn dat saamge- zworen rot. Zíj willen de mensen laten schrikken die naar Gods Woord staan te luisteren. Zíj zijn opstandelingen tegen God. De mensen zien hen hier niet zit- ten. Maar ... God ziet hen wel! Jan kijkt verbaasd naar Huibert en Dirk. Ziet hij dat nu goed? Er rollen tranen over hun wangen. En ... ze doen helemaal niets. De dominee gaat bidden en pre- ken, en Huibert en Dirk luisteren alleen maar. Jan begrijpt er niets van. Hoe lang zitten ze hier nu eigenlijk al? Hij vindt er niks meer aan. Een paar keer probeert hij zijn vrienden in beweging te krijgen. Hij doet net alsof hij in zijn eentje de wagen omhoog wil duwen. Maar ze wenken naar hem dat hij stil moet zijn. Wat een flauwerds, denkt Jan. Ze zullen toch ook niet fijn geworden zijn? Na de dienst wachten de vrienden heel lang. Eerst moeten de mensen het weiland verlaten. Eindelijk durven ze tevoorschijn te komen. Gelukkig let niemand op hen.

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==