9789033129957

11 Met een glimlach stopt Luuk het tientje in zijn broekzak en doet de portemonnee weer in de tas bij het pak yoghurt. Ziezo, geen haan die ernaar kraait. Fluitend rijdt hij weer terug naar huis. ‘Wat een verbeelding heeft dat kind, zeg. Zag je haar kijken?’ ‘Wie bedoel je?’ Jacomijn kijkt haar vriendin vragend aan, terwijl ze samen over het plein richting de geopende schooldeur lopen. ‘Die freule ... Heet ze niet Louise? Haar achternaam weet ik niet. Het is in ieder geval een mond vol, want het is een dubbele. Je weet vast wel wie ik bedoel. Ze zit op het vwo.’ ‘Louise Everaerts van Wemeldingen?’ ‘Ja, zoiets. Dat jij die naam onthoudt ...’ Martine kijkt Jacomijn verbaasd aan. Jacomijn lacht. ‘Dat is niet gek, hoor. Mijn ouders en die van haar gaan al jaren met elkaar om.’ ‘Dat meen je niet ... Dat heb ik nooit geweten.’ ‘Ik vertel niet alles.’ ‘Nee, dat heb ik door. Is het geheim dat ze met elkaar omgaan?’ ‘Welnee. Ik vind het alleen niet belangrijk om daarover te praten. Maar als je er meer van wilt weten wil ik je na schooltijd met alle plezier erover vertellen.’ Het is een druk gejoel en gepraat om hen heen als ze in de gang lopen. Iedereen zoekt zijn of haar lokaal. Martine en Jacomijn hebben scheikunde. Een pittig begin van de dag. Louise ... Jacomijns gedachten dwalen tijdens het eerste uur telkens af naar het meisje over wie Martine het had. Ze kan de reactie van Martine wel begrijpen. Ook zij heeft nooit een klik gehad met Louise. Louise gaf haar altijd het gevoel dat ze de mindere van haar was. Ze had er op den duur haar schouders maar over opgehaald. Als Louise zelf niet wilde, nou dan niet. Voor haar tien anderen. Aan vriendinnen ontbreekt het Jacomijn niet.

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==