9789033129940

19 rug. Dan wandel ik vanuit Bretagne naar huis. Die honden ruiken de douaniers van een mijl afstand. Dan jaag ik de honden weg, naar huis. Die klunzen van de douane kloppen mijn kleren helemaal uit en vinden geen korreltje zout. Logisch, want dat zout is al thuis. Een hond houden ze echt niet bij en schieten kunnen ze toch niet.’ Moeder zet een bord voor Jean op tafel. Hij grijpt een lepel en schuift de hele inhoud van de pan op zijn bord. De laatste twee aardappels gooit hij erbij. ‘Stukje vlees misschien?’ knipoogt hij naar moeder. Zij schudt afgemeten haar hoofd. ‘Vlees is duur, ik weet het. Maar een beetje stropen ... Weet je wat? Volgende week heb je een mooie haas in de pan.’ ‘Absoluut niet!’ zegt moeder vinnig. ‘Stropen is stelen.’ Jean propt zijn mond vol bonen en haalt zijn schouders op. ‘Ook goed,’ smakt hij. Vader Albert gaat rechtop zitten en hij schraapt zijn keel. ‘Audric, jij hebt ook gesmokkeld, maar waarom moest je broertje daar dan bij zijn?’ ‘Hij kan het niet vroeg genoeg leren!’ Jean de Bosuil schiet in de lach en de stukjes boon vliegen over de tafel. ‘Wij hebben nog een mooi plan, hè Audric? Daar hebben we Victor ook echt bij nodig.’ Audric knikt enthousiast en zegt lachend: ‘Nou en of ! Wisten jullie dat vrouwen als ze smokkelen soms doen alsof ze in verwachting zijn? Dan proppen ze een zak zout onder hun kleren en waggelen zo Mayenne binnen. Geen douanier die hen lastig valt. Als we onze Vic een jurk aantrekken en een schattig mutsje opdoen, moet het ook lukken.’ ‘Nooit!’ roept Victor boos. ‘Ik ga niet voor gek lopen, ik doe het niet!’ Audric lacht fijntjes. ‘Je durft niet, klein broertje van me. Je durft niet!’ ‘Stop,’ zegt moeder Simone scherp. ‘Het gebeurt niet, begrepen Audric? Je broer gaat niet mee.’ Ze kijkt hem streng aan. Het duurt een hele tijd voor Audric zijn ogen neerslaat. Elke maand gaat Audric een keer naar de kerk in Laval om het offer-

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==