9789033129742

9 H o o f d s t u k 1 Samuel voelt de elleboog van Diego tegen zijn arm. Hij schrikt op uit zijn gepeins. ‘De volgende opgave is voor jou, Samuel,’ zegt meester Derrick. Samuel kijkt in zijn werkboek, maar hij heeft geen idee waar ze zijn. ‘Bladzijde 22 bovenaan,’ zegt de meester. Het zwarte lijntje achter het werkwoord ‘gelopen’ is nog leeg. Net als de rest van de bladzijde. Hij moet kiezen tussen verle- den tijd enkelvoud, verleden tijd meervoud of voltooid deel- woord. ‘Uhm.Verleden tijd meervoud?’ De meester schudt zijn hoofd. ‘Wie helpt Samuel?’ Hij moet uitkijken, want zijn naam staat al op het bord. Straks moet hij binnenblijven in de pauze. Juliette steekt haar vinger op. Die weet altijd alles.Vroeger was hij ook de slimste van de klas, maar dat lijkt heel lang geleden. ‘Voltooid deelwoord, meester,’ zegt Juliette. Wat is dat Nederlands toch moeilijk.Vooral het benoemen van werkwoorden is zo lastig. ‘De klassendienst haalt de boeken op,’ zegt de meester. ‘We gaan voor de pauze nog iets anders doen.’ Esmee haalt de boeken op. Ze ziet er met haar korte spijker- rokje en groene shirtje zonder mouwen heel anders uit dan de meisjes in Syrië. Die droegen op school allemaal een grijze broek en roze blouse. De meeste hadden ook een hoofddoekje

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==