Hosanna!

14 seconde na. Meteen zet hij de achtervolging in. Om de duivenverkopers heen, rechts tussen de scha- pen door. Die kleine dief is snel, maar hij zal hem krijgen! Hij schiet langs een groepje soldaten heen, botst bijna tegen een drietal pratende vrouwen. Ja, hij zit hem nu op de hielen! Baf! Plotseling ligt Lucas op de grond. Verbouwereerd kijkt hij om zich heen. Vlak voor zijn voeten ziet hij een flinke wandelstok, ernaast een misvormde voet. ‘Meneer, het spijt me!’ De man op de grond moppert: ‘Kijk dan ook uit. Zeg, help me overeind. Als je kreupel bent, gaat het niet zo makkelijk.’ Lucas legt uit wat er gebeurde en ondertussen pro- beert hij zijn slachtoffer overeind te sjorren. Gelukkig komen omstanders hem helpen. Hèhè, eindelijk staat de man overeind. Deze man moet maar eens een nieuwe tunica bij hen kopen! Zijn kleren zien er niet uit. Ze zijn oud en versleten en na de valpartij flink stoffig bovendien. De man blijft even staan om op adem te komen. Hij lijkt zich niet al te erg bezeerd te hebben. ‘Ik ben op weg om te bidden ... in de tempel,’ hijgt hij. In zulke oude kleren? denkt Lucas. Dat vindt hij maar oneerbiedig. ‘Hé, kijk!’ zegt de man dan. Hij steekt zijn stok vooruit. ‘Wat komt daar nou aan?’ Lucas hoort gejuich en gejoel. Aan het einde van de straat ziet hij een enorme groep mensen aankomen. Ze roepen en juichen: ‘Hosanna, de Zone Davids! Gezegend is Hij Die komt in de Naam des Heeren!’ ‘Wie komt daar toch aan?’ Waar zo-even iedereen zijn dagelijkse boodschappen deed op de markt, is het nu

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==