Vriendin in nood

8 De man schudt zijn hoofd en stapt weer op. ‘Jullie krijgen nog eens een ongeluk door altijd maar met die telefoons bezig te zijn.’ ‘Handig, kun je meteen een ambulance bellen.’ Ze stapt op en ze fietsen verder. ‘Was het van je zus uit Ede?’ vraagt Mirthe. ‘Nee, van m’n oudste zus. Ze vraagt of ik vanavond langskom, omdat ze een nieuwtje heeft.’ ‘Spannend! Misschien heeft je zus ... eh ... een reis naar Mexi- co gewonnen en mag je mee.’ ‘Of Sophie heeft gehoord dat Niels mij erg leuk vindt.’ ‘Ja hoor. En jij denkt dat hij dan naar jouw zus toe gaat om het haar te vertellen?’ ‘Zijn nicht is bevriend met mijn zus,’ legt Laura uit. ‘Het kan dat hij het daar met haar over gehad heeft.’ Mirthe fronst haar wenkbrauwen. ‘Geloof je dat nu echt? Dat hij naar zijn nicht gaat en zegt: luister eens, ik ben op Laura, maar ik durf het haar niet te vragen, dus wil jij dat voor me doen?’ Laura wrijft door haar haren. ‘Nou ja, het kan zijn dat ze pas- geleden een familiefeestje hadden, omdat zijn oma jarig was en dat zijn oma een heel verhaal ging vertellen over haar eigen schooltijd. En dat was natuurlijk zo supersaai dat Niels in slaap viel en hij praatte in zijn slaap en toen zei hij dat hij op mij was en zijn nicht hoorde dat en ...’ Mirthe grinnikt. ‘Volgens mij heb jij gewoon te veel fantasie.’ ‘En jij te weinig. Maar Mirt, ik moet hier de bocht om. Ik app als ik weet wat er is.’ Na het avondeten trekt Laura haar jas aan. ‘Ik ga.’ ‘Moet ik je even brengen?’ vraagt haar moeder. ‘Brengen? Natuurlijk niet. Het is amper tien minuten fietsen.’ ‘Maar het is al donker en je hoort van die vreemde verhalen tegenwoordig.’

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==