In de stal van Bethlehem
6 Zachar i as en El i sabet Z ACHARIAS STAAT BIJ HET ALTAAR. Verbaasd luistert hij naar de engel. Hij gelooft niet wat de engel zegt. ‘Elisabet en ik zijn veel te oud om nog een kind te krijgen,’ zegt hij. ‘Geef mij een teken dat het echt waar is.’ ‘Ik ben Gabriël,’ zegt de engel. ‘De Heere heeft mij gestuurd. Dit zal het teken zijn: U hebt niet geloofd. Daarom zult u niet meer kunnen praten. Totdat ... het kind geboren is.’ Dan gaat de engel weg. Zacharias loopt naar het altaar en bidt. In de voorhof staan de mensen op hem te wachten. Zacharias zal hen straks zegenen. Wat duurt het wachten lang deze keer! Daar komt Zacharias naar buiten. Hij steekt zijn handen omhoog. Maar hij kan het volk niet zegenen. Zacharias kan niet praten. ‘Er is vast iets gebeurd,’ zeggen de mensen. Dan gaan ze naar huis. Zacharias maakt het werk in de tempel af. Dan gaat hij snel naar Elisabet. Hij schrijft op wat er in de tempel is gebeurd. En wat de engel heeft gezegd. Elisabet is heel blij.
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==