De mooiste opa van de wereld

Tijs wringt zijn voet uit de schoen. Dan houdt hij zijn schoen omhoog. ‘Kunt u al veters strikken, opa?’ Opa pakt de schoen van Tijs aan. Net als hij wil bukken, kijkt hij op. ‘Maikel!’ Mama draait zich met een ruk om. ‘Waar?’ Net als juf. ‘Waar dan?’ Papa laat een brede lach zien. ‘Dat kan niet missen.’ Wat zietpapadan? Jasmijnsogenschieten langsdemen- sen die achter het glas lopen. Waar is oom Maikel dan? ‘Ik zie hem niet! Ik zie hem niet!’ gilt Tijs. Opa tilt Tijs op. ‘Kijk maar eens goed.’ ‘Hè, doe niet zo geheimzinnig!’ roept mama. Haar stem schiet omhoog. ‘Waar is hij?’ Juf staat op haar tenen. Jasmijn knijpt haar ogen iets samen. Ze ziet een oude mevrouwmet eenwiebelhoedje, eenvadermet eenklein jongetje dat boven op een kar zit, twee dure meneren die druk aan het praten zijn, en achteraan hobbelt een grote bruine hoed mee. Het lijkt wel… een cowboyhoed. ‘Ik zie hem!’ gilt Jasmijn. ‘Waar dan?’ gilt mama nog harder. Jasmijn wijst naar het glas. Ze draait zich naar juf. ‘Die cowboy, dat is mijn oom!’ Maarhet lijkt of juf het niet hoort. Zestaat druk tezwaaien met beide armen. Zou haar vriendje zo’n dure meneer in een zwart pak zijn? ‘Cowboy?’ zegt mama. Dan ziet ze de hoed door de deur komen. ‘Maikel!’ Mama vliegt naar voren. Ze wringt zich langs de kar met het jongetje, tussen de dure meneren door. Jasmijnhoort haar roepen.Mamagooit haar armen wijd. Hé, juf rent ook. Ze schiet langs mama totdat ze bij 13

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==