» Homepage
Thea
Zoeteman-Meulstee
Ridderkerk
1969
Ja
4
Zoeteman-Meulstee, Thea

Ernst en humor afwisselen


Ze schreef haar eerste ‘boek’ toen ze twintig was; het belandde in de kast. Pas tien jaar later werd het uitgegeven. Thea Zoeteman schreef onder meer Hartje Zomer en Grote Vrienden. Het liefst schrijft ze over dingen die ze zelf heeft meegemaakt.


Tekst: Leanne Monster


Wanneer bent u eigenlijk begonnen met schrijven?
Toen ik acht jaar was, schreef ik al verhaaltjes. Die verdwenen trouwens allemaal in de prullenbak. Op school haalde ik altijd mooie cijfers voor opstellen. Zorgen om Olga schreef ik op twintigjarige leeftijd. Dat kwam in de kast terecht.


Na tien jaar dook het ‘boek’ weer op. Ik liet het aan mijn man lezen. Hij vond dat ik het op moest sturen naar een uitgeverij. Dat leek me best eng, maar het werd inderdaad uitgegeven. Ik kreeg er leuke, enthousiaste reacties op. Daarom ben ik doorgegaan met schrijven.


Wat vindt u zo leuk aan boeken schrijven?
Dat ik er veel van mezelf in kwijt kan, zoals dingen ik die meemaak. Leuke, maar ook verdrietige dingen. Mijn hoofd zit soms zo vol met ideeën, dat ik het graag op papier wil zetten. Ook hoop ik dat ik de lezer iets mee kan geven. Dat hij aan het denken wordt gezet en ik kan wijzen op wat de Bijbel zegt. Maar ik vind het ook belangrijk dat mijn boeken de lezer ontspanning geven. Als dat allemaal gebeurt, wordt mijn doel bereikt.


Het boek Grote Vrienden is een beetje verdrietig. Kunt u uitleggen waarom u dat schreef?
Onze vier zoons hadden een sterke band met mijn vader. Toen hij in 2008 overleed, was dat erg verdrietig. De oudste drie vonden het moeilijk om daarover te praten. De jongste praatte er juist wel over en stelde veel vragen. Ik voelde dat ik hier iets mee moest doen. Er zijn wel veel informatieve boeken over rouw bij kinderen, maar geen leesboeken. Hopelijk vinden kinderen die hetzelfde meegemaakt hebben herkenning en troost in dit boek.


Waar schrijft u het liefst over?
Over allerlei onderwerpen, maar wel zo écht mogelijk. Het moet een verhaal zijn dat herkenbaar is voor de lezer. Ik wissel ernst graag af met en humor. Precies zoals het in het echte leven ook kan zijn.


Zit er weleens iets in uw boeken dat echt gebeurd is? Wat dan bijvoorbeeld?
In mijn boeken mix ik de fantasie en de werkelijkheid. Vooral in de familie herkennen ze weleens dingen waar ze om moeten lachen. Of waar ze ontroerd door raken. Grote Vrienden  is daar een duidelijk voorbeeld van.


Vinden uw kinderen het ook leuk om uw boeken te lezen?
Mijn tweede zoon (Dirk-Jan) is dol op mijn boeken. De jongste (Lennard) vindt het boekje Grote Vrienden ook heel mooi. Harry en Reinier houden allebei niet van lezen. Ze vinden het wel heel leuk dat ik boeken schrijf.


Reageren mensen weleens als ze een boek hebben gelezen?
Altijd. Ik krijg leuke, enthousiaste reacties. Soms word ik zomaar op straat aangesproken door mensen die me vertellen dat ze verslaafd zijn aan mijn boeken. Echt heel leuk!


Hartje Zomer gaat over verliefd zijn en is echt een meisjesboek. Denkt u dat jongens dit stiekem ook wel lezen?
Mijn zoon Dirk-Jan in ieder geval wel.


Moet u vaak dingen uitzoeken voor het schrijven van uw boeken?
Soms wel. Soms niet. Gered uit de golven heb ik geschreven na grondig onderzoek over de ramp in 1953. Ik ben bijvoorbeeld naar het watersnoodmuseum gegaan. En ik heb een vrouw geïnterviewd die als meisje de watersnood heeft meegemaakt. Heel leuk om daarmee bezig te zijn en in een boek te verwerken.


Hoe lang duurt het voor u een boek hebt geschreven?
Dat is heel verschillend. Het ligt eraan hoeveel tijd je hebt om te schrijven. Soms heb je het druk met andere dingen. Je moet ook ideeën en zin hebben. Dat heb ik niet altijd. Gemiddeld ben ik een halfjaar tot driekwart jaar bezig met een boek.


Waar moet je op letten als je zelf een boek wilt schrijven?
Probeer vanuit een of twee mensen te schrijven. Blijf zoveel mogelijk bij één onderwerp. Als je dat niet doet, krijgt de lezer teveel informatie. Ook let ik erop dat het niet te langdradig wordt. De onderwerpen moet je stevig neerzetten en er kleur aan geven. Daarmee bedoel ik dat de lezer het voor zich moet kunnen zien. Bijvoorbeeld: ‘Ze heeft een blauwgeruit kleed over de tafel gelegd. Links een grote pot thee en rechts een kan koffie.’


Bij het schrijven van een gesprek is het belangrijk dat je het op een leuke manier afwisselt met wat de personen ondertussen doen. Bijvoorbeeld: ‘Er komt een nadenkende frons boven zijn ogen’. Of: ‘Zij haalt onzeker haar hand door haar haren’. Je laat daarmee zien wat die persoon voelt of denkt.


Gebeurt het ook weleens dat er een fout in het boek staat?
Een boek wordt altijd een paar keer gecontroleerd op fouten. Eerst gaat het terug naar de schrijver, die het bladzijde voor bladzijde nakijkt. Daarna neemt de redacteur van de uitgeverij het ook nog eens door. Mensen zijn niet volmaakt. De schrijver en de redacteur kunnen nog weleens een foutje over het hoofd zien. Dat kan alsnog verbeterd worden bij een herdruk.


Hoe probeert u ervoor te zorgen dat uw boeken echt christelijke boeken zijn? Zonder dat het te overdreven wordt?
Ik probeer er een christelijke boodschap in te brengen als dat in het verhaal ook kan. Ik begin niet zomaar over geloof en bekering. Dan leg je het er teveel op en dat kan bij lezers zelfs tegenstand oproepen. In het leven zelf praat je er ook niet te pas en te onpas over. Het zal de lezer het meest aanspreken als je het op een gewone manier in het verhaal zet. En juist dán heb je er ook echt iets aan.

Boeken

Boeken staan alfabetisch gesorteerd op auteursnaam.

Nieuwsbrief



    CAPTCHA code: